Naar aanleiding van het onderstaande artikel (J/M ouders) dacht ik terug aan een leerling.
Jaren geleden sprak ik met een meisje die al een flinke schoolcarrière achter zich had liggen. Voorafgaand aan haar instroom op mijn toenmalige werkplek (een basisschool) waren er al een aantal gesprekken geweest.
Het dossier wat het meisje met zich meenam was aanzienlijk en ik vraag me tot op de dag van vandaag of zij van dat dossier afwist. Toen was er nog geen hoorrecht.
Samen spraken wij toen zij in de klas gestart was. Het bleek, zowel praktisch als theoretisch, voor haar moeilijk om naar school te komen. Ze voelde zich moe, uitgeput, bang, onzeker. Vanuit het dossier bleek ook dat eerdere situaties op basisscholen haar geen goed hadden gedaan.
Naar aanleiding van ons gesprek maakte ik deze tekening.

Ik hou van positiviteit en ik zag in dit meisje een kind die enorm veel bereiken kon maar op dit moment niet meer zag wat de eerste stap zou kunnen zijn.
Ik had ook kunnen focussen op de leerdoelen in de klas. Ik had aan kunnen geven dat ‘alle andere kinderen ook doen wat de juf zegt’. Ik had haar kunnen aangeven dat als …. dat …..
Ja, dat had ik allemaal kunnen doen. Maar dat doe ik niet. Dat druist in tegen wie ik als persoon ben en laten we eerlijk zijn: alle mensen in onderwijs en zorg zijn personen en nemen zichzelf mee. Neem je jezelf mee, dan neem je ook je eigen grenzen mee. Alle kinderen zijn personen en doen datzelfde (zie de 25 overige handleidingen in de klas als het er niet meer zijn) en ouders net zo goed. Vragen we dan niet een beetje teveel van onszelf als we alles willen reguleren en structureren?
Het vertrouwen wat er groeide tussen de leerkracht, leerling, mij en ouders zorgde ervoor dat de periode die volgde er meer effectieve lestijd was en minder escalatie. Er kwam ruimte voor rust, positieve ervaringen en eindelijk ook weer leren.
Leren is nooit stap één. Dat is een ding dat ik wel geleerd heb.